Ditmaal begon ons tweede team overdonderend.
De gasten hadden nauwelijks het eerste kopje koffie op, of Wim Lenderink
noteerde al het eerste punt: bij een slagenwisseling werden beide dames van het
bord gehaald, maar aan het eind bleef Wim met een toren meer achter. Niet veel
later zorgde zoon Bert voor de tweede overwinning. Zijn tegenstander had vol
vertrouwen een kwaliteit geofferd en dacht met twee centrumpionnen een ruime
compensatie te hebben. Maar Bert toonde met een aantal krachtzetten aan dat het
niet een kwaliteit maar een heel stuk was dat wit geofferd had. Na nog een
aantal sterke zetten had Bert het punt binnen.
Henk had zijn partij nogal tam opgezet en werd door zijn tegenstander resoluut
van het bord gezet.
Inmiddels had Gerard een remise gescoord. Hoe dat ging is mij ontgaan; hij leek
me steeds nogal gedrongen te staan, maar blijkbaar was er weinig aan de hand.
Toen was de beurt aan Frans. Na een franse opening bleven beide spelers met
dame, toren en ongelijke lopers zitten. Frans wist zijn stukken het eerst in
stelling te brengen. Toen hij een batterij van dame en loper op de lange
diagonaal dreigde op te zetten, gaf zijn tegenstander in arren moede maar een
stuk weg, om niet in een matnet te komen. Er werd nog even doorgespeeld, maar
toen Frans tenslotte een gaatje voor zijn koning maakte was het volgende punt
binnen. |
|
3,5-1,5 met nog drie partijen te gaan! Wat
een weelde! Thomas stond beter, Adri slecht en bij John was het een
koffiehuisstelling waar niemand iets van begreep.
Adri zat vreselijk in de klem en kon alleen een beetje met zijn stukken heen
en weer schuiven, wachtend op de fatale doorbraak. Die was niet te voorkomen.
Ik zag het aankomen, zei hij berustend. Ik wist dat het lang zou duren, maar
het was op zet 20 al hopeloos.
Thomas liet zien dat hij het nog niet verleerd is. Zijn opponent werd in de
klem gehouden, moest een pion opgeven en werd daarna in het eindspel vakkundig
weggeschoven.
Daarna schaarden we ons allen rond het bord van John. Hij speelde tegen ons
vroegere lid Philippe Friesen. Zoals ik al zei, koffiehuisschaak van de
bovenste plank. Overal hangende stukken, twee koningen in gevaar. Wit pakte
een stuk, zwart haalde een dame, wit kreeg er een toren voor terug, zwart
dreigde met mat, wit pareerde en ging op zijn beurt op jacht naar de zwarte
koning, zwart joeg de witte koning over het bord, versmaadde eeuwig
schaak.....en werd mat gezet. En dat alles met de laatste minuten op de klok.
Een prachtig spektakelstuk, met John als de gelukkige.
Een mooie overwinning! |